Van kunstgeschiedenis naar World Art Studies: de wereld op zijn kop

Als inleiding van de bijeenkomst over 'Noodzakelijk onderhoudswerk? Schurende vrijheden in kunst en wetenschap'op 24 januari 2022 leest professor Kitty Zijlmans een deel van de volgende rede voor. Deze rede sprak zij uit tijdens haar afscheid bij de Universiteit Leiden op 25 oktober 2021. 

“Ik wil oproepen tot een dekolonisatie van het neoliberale marktdenken binnen het Nederlandse universitaire bestel en het HBO en de politiek ter verantwoording roepen. Willen wij onze kennis blijven koesteren en laten gedijen, ons weten blijvend verdiepen, een toonaangevend kennisland blijven, dan moet er geld bij want met toenemende studentenaantallen en een niet meegroeiend budget gaat het helemaal mis. Ik hoor jonge veertigers wanhopig zeggen dat ze dit niet volhouden tot hun pensioen. De werkdruk is onverantwoord hoog. We moeten af van de gekte van de groei.

Maar met geld alleen zijn we er niet, minstens zo belangrijk is een herbezinning op de rol en functie van de universiteit. We zijn gekoloniseerd door het management-denken, met rekenmodellen en business cases, outputfinanciering, prestatieafspraken en targets. Deze geïnstitutionaliseerde top-down bureaucratie helpt elk talent om zeep.

Ik wil niet met negatieve gevoelens de universiteit verlaten waar ik met hart en ziel heb gewerkt en waar ik met evenveel passie in geloof, maar oproepen tot het ontmantelen van dit doorgeslagen systeem en weer de universitas centraal zetten, de urgentie maar ook de schoonheid om met zijn allen, studenten, promovendi, docenten, ondersteunende staf, de wereld te doorgronden en perspectieven te ontwikkelen voor een leefbaarder wereld voor allen, mens en niet-mens.

Dit is niet alleen belangrijk voor het WO maar voor de hele maatschappij, voor ons democratisch bestel. Met het rendementsdenken kunnen  we de complexe globale problemen niet het hoofd bieden. Integendeel, zo zegt ook Martha Nussbaum in Not for ProfitWhy Democracy Needs the Humanities, het brengt de democratie in gevaar.[i] Floris Cohen ziet de Geesteswetenschappen als kloppend hart van de universiteit, de inspirerende krachtcentrales van het maatschappelijke debat op basis van feiten en zakelijke argumenten.[ii] Want wetenschap is niet ‘ook maar een mening’, maar is gestoeld op onderzoek en debat van een gemeenschap van kritische, creatieve denkers op een plek waar onderzoek en bevraging niet-aflatend het onderwijs voedt, en vice versa.

Het fundamentele onderzoek van de geesteswetenschappen is bij uitstek van belang omdat zij vragen stellen over de aard van het menszijn in veranderende omstandigheden – niet de kwantitatieve, maar kwalitatieve duiding van data. Zoals Bas Heijne in een van zijn mooie opiniestukken schrijft:

objecten, kunstwerken of gebouwen zeggen niets,

niet als je er niks van weet, niet als je je er niet in verdiept, niet als je niet geschiedenis en context kent. Het zijn wijzelf die het verhaal vertellen over die objecten, wij geven ze betekenis, wij houden ze tegen het licht, onderzoeken ze, koesteren ze en brengen ze in verband met andere verhalen. De disciplines die zich met dat verhaal bezig houden, hebben een naam: de geesteswetenschappen.[iii]

De geesteswetenschappen vormen metaperspectieven om de wereld te begrijpen en de kunsten laten ons nog eens oneindig veel meer mogelijkheden zien om de wereld anders te denken en vorm te geven. Een World Art Studies zet daar vol op in.

En hier ligt onze maatschappelijke uitdaging van nu: in het vatten en percipiëren van andere werelden, gewoontes en betekenissen zijn de geesteswetenschappen gepokt en gemazeld. En daarom moeten wij – kunstenaars incluis – overal aan tafel zitten en ons overal mee bemoeien, overal ‘infiltreren’. En daarom zijn er ook altijd en overal mensen nodig die het geesteswetenschappelijke en artistieke denken en ontwerpen, hoe weerspannig ook, kunnen borgen.”


[i] Martha Nussbaum, Not for Profit. Why Democracy Needs The Humanities. Princeton University Press 2010.

[ii] Cohen p. 22.

[iii] Bas Heijne, ‘Mens blijven in een bètawereld’ NRC-Handelblad, 21/22 september 2019. In dit opiniestuk verwijst Heijne naar Christian Madsbjerg, Filosofie in een tijd van big data (Utrecht, Ten Have 2017), waarin hij het ‘nut’ van de geesteswetenschappen benadrukt in economisch-financiële termen, omdat de grote multinationals de geesteswetenschappen nodig hebben om de wereld te begrijpen, niet kwantitatief maar kwalitatief, op het niveau van de individuele mens.

Bijeenkomst over schurende vrijheid

24 januari 2022: Noodzakelijk onderhoudswerk? Schurende vrijheden in kunst en wetenschap

Cookie settings